Voordat we een tenniselleboog opereren, sluiten we eerst het zogenaamde supinator elleboogsyndroom uit, omdat dit in sommige gevallen samen met de tenniselleboog kan voorkomen.
Het supinatorligamentsyndroom (SLS) is het gevolg van een vernauwing van een motorische tak (n. interossea posterior) van de n. radialis (nervus radialis) ter hoogte van een spierarcade (van de supinatorspier).
De ziekte kan leiden tot symptomen die lijken op die van een tenniselleboog.
De belangrijkste pijnlokalisatie is echter verder weg van het lichaam en meer naar het midden. De handchirurg kan hier pijn uitlokken door druk uit te oefenen. Als de vernauwing ernstig is, wordt de extensie in de pols belemmerd.
Als de onderarm naar buiten wordt gedraaid of de middelvinger tegen weerstand wordt gestrekt, kunnen we pijn uitlokken.
Als het handchirurgisch onderzoek ernstige SLS aantoont, moet een operatie om de zenuw te ontlasten (decompressie) worden overwogen als conservatieve behandeling faalt.
Combinatiechirurgie voor tenniselleboog
Deze procedure kan ook goed gecombineerd worden met een operatie voor een tenniselleboog.